Dé must have voor het komende seizoen

Wol is oeroud, tijdloos en ongeëvenaard veelzijdig

Wol houdt je warm in de winter maar koel in de zomer, het is heerlijk zacht en toch sterk, absorbeert vocht en is een prachtig natuurlijk product. Kortom, wol heeft een heleboel eigenschappen die andere (natuurlijke) stoffen niet hebben. Ook het komende seizoen hebben we weer volop wol in de collectie. Reden om eens wat dieper in dit karakteristieke materiaal te duiken.

Onze mooie winkel in Driehuis

Wol is een sterke, natuurlijke vezel. De holle wolvezel is opgebouwd uit keratine en wordt omringd met schubben. Deze schubben gaan openstaan bij warmte, waardoor er een ventilerend effect ontstaat. Bij kou gaan ze platliggen, waardoor een isolerend effect optreedt. De dikte van de vezel bepaalt het gewicht en de stevigheid, maar ook de toepassing ervan. Lichtere vezels zijn het zachtst en worden vooral gebruikt voor kleding. De zwaarste zijn het stevigst en daarmee ideaal voor dekens en tapijten. De middeldikke vezels worden onder meer gebruikt voor kleding die extra isolerend of warm moet zijn, bijvoorbeeld jassen en outdoor-kleding.

Vochtabsorberend en antibacterieel

De wolvezel voert dus warmte af in de zomer en houdt de warmte juist vast in de winter. Daardoor transpireer je bijvoorbeeld minder snel. Daarnaast kan wol dankzij de holle vezel wel 30 tot 35% van zijn gewicht aan vocht opnemen zonder dat het vochtig of zwaar aanvoelt. Dit vocht verdampt uiteindelijk weer. Hierdoor blijft mogelijk transpiratievocht niet op je huid liggen en laat een wollen jas minder snel regenwater door.

In wol zit bovendien wolvet (lanoline). Dit heeft een zeepachtig werking, wat wol van binnenuit zelfreinigend maakt. Lanoline zorgt er bovendien voor dat wol geen lekkere voedingsbodem is voor bacteriën, waardoor de kans op ongewenste geurtjes veel kleiner is. Wanneer u een wollen kledingstuk te ruw wast, kan de vezel stukgaan waardoor het wolvet oplost. Was wol daarom zo min mogelijk. Vaak is het al genoeg om het even buiten te laten luchten.

Weg met de jeuk

Allergische reacties op wol ontstaan vaak als gevolg van het aanwezige wolvet (lanoline), of door de vezelschubben die een schurend effect op de huid hebben. Gladde wolsoorten die deze irriterende eigenschappen niet of nauwelijks hebben zijn alpaca en merino. Daarnaast geldt: hoe dunner de wolvezel, hoe minder hij kriebelt. Om het kriebeleffect van wol te verminderen kunt u het kledingstuk na het wassen met crèmespoeling behandelen. Hierdoor komen de vezels platter te liggen. Een scheutje natuurazijn bij het waswater kan ook helpen. Was wol altijd met een speciaal (beschermend) wolwasmiddel, binnenstebuiten en op een speciaal wolprogramma. Dit voorkomt dat de vezels uit elkaar getrokken worden of gaan schuren, waardoor de wol zou vervilten. Tegenwoordig wordt wol overigens vaak vermengd met moderne, synthetische vezels om het gebruik voor de consument te vergemakkelijken en daarmee dit oeroude product geschikt te houden voor de hedendaagse behoeftes aan pasvorm, draagbaarheid en gebruikersgemak.

De warmste wol is afkomstig van de jak

Thermische toppers

De meeste wol komt van schapen. Er bestaan verschillende schapenrassen die ieder een ander soort wol voortbrengen. Het merinoschaap is het meest voorkomende schapenras ter wereld. Dit van oorsprong Australische schaap levert ons wol van een hoge kwaliteit, met een zachte, fijne vezel die goed vocht absorbeert en nauwelijks kriebelt. Merino’s fijne vezel is lichtgewicht, isoleert én ventileert goed. Daarom wordt het veel gebruikt in sport- en thermokleding. De meeste andere schapenrassen geven wat stevigere en dikkere wol. Deze is iets minder zacht en kriebelt meer, maar is juist weer geschikter voor kleding die stevig moet zijn, zoals outdoor-kleding.

Maar als we het over thermische toppers hebben, hoort ook zeker jakwol erbij. De jak is een rund die op de Aziatische hooglanden leeft. De wol ervan is heel zacht en soepel, is warmer dan merino en net zo luxe als kasjmier. Jakwol kriebelt niet en is antistatisch. Meer dan een thermische topper dus.

Angorageit

Extra zacht en lichtgewicht

Mohair en Kasjmier zijn afkomstig van geiten. Deze hebben gekrulde, lichtgewicht haartjes, die gladder en fijner zijn dan schapenhaar. Omdat de haartjes in elkaar krullen, ontstaat een luchtlaagje, waardoor de warmte nog beter wordt vastgehouden. Dit maakt deze wolsoorten zachter, soepeler en luxer dan de toch vaak wat ruwere schapenwol.

Mohair is afkomstig van de angorageit, die een bijzonder zachte en glanzende vacht heeft. Dit levert mohair de bijnaam ‘diamantvezel’ op.

Kasjmier, ook wel geschreven als cashmere of kasjmir, komt van de kasjmirgeit. Deze geit komt oorspronkelijk uit Kasjmir, een gebied in Azië. Alleen de onderlaag van het buikhaar is geschikt voor wolproductie. Dit kan bovendien maar eens per jaar worden geoogst en levert per geit maar weinig wol op. Het is daardoor een zeer dure stof, die vaak gemengd wordt met andere wolsoorten.

Hypoallergeen

Eveneens lichtgewicht en zeer zacht is alpacawol. 80 procent van de mensen met een wolallergie kan wél alpacawol dragen, dankzij de zeer gladde vezel. De alpaca leeft vooral op extreme hoogtes in Peru en Bolivia, waar grote temperatuurverschillen zijn. Dankzij een extra gladde en holle vezel is zijn vacht extra isolerend en kan de alpaca in die extreme omstandigheden overleven. En dat levert ons weer een warme én zachte trui op.

Dieren die eveneens een vacht hebben die is gemaakt voor extreme omstandigheden, zijn kamelen. Hun vacht is ook sterk isolerend, maar opgebouwd uit een fijne ondervacht die zeer zacht is, vergelijkbaar met kasjmier, en een grovere, stevige buitenvacht. Kamelenstof heeft vaak een opvallend glanzend uiterlijk en is daarnaast warm, lichtgewicht en sterk. Het wordt vooral gebruikt in jassen, sjaals en dekbedden. De grovere buitenvacht wordt meestal gebruikt voor het maken van tentdoeken en vloer- of wandkleden.

Prachtig, maar ongewenst

Angorawol is warmer dan schapenwol en is bijzonder fijn van structuur. Het is zelfs zachter dan kasjmier. Vaak als mensen het over angorawol hebben, bedoelen ze eigenlijk mohair. Een logische vergissing, aangezien mohair van de angoragéit afkomstig is. Maar de enige echte angorawol komt van de vacht van het angorakoníjn. Hoe mooi deze wol alleen ook is, steeds meer grote kledingmerken en ook onze leveranciers werken er niet mee. En gelukkig maar. Om de wol te krijgen, wordt het konijn in de grote fokkerijen namelijk elke drie maanden hardhandig kaalgeplukt terwijl het vastgebonden is. Het moge duidelijk zijn dat er daarom ook bij ons geen wol van angorakoníjnen in de winkels hangt. Gelukkig voor het diertje worden er ook wel op een diervriendelijke manier angorakonijnen gehouden, maar dit zijn vaak kleinschalige hobbyisten.

Team Driehuis: Anja, Monique, Anuschka, Monique en Jacqueline